Wat is er nodig om het beste uit je team te halen? Het efficiënt functioneren van een team hangt sterk af van het proces van samenwerken, de samenhang van het team, de afspraken, de taken en rollen. Een anders organiserend team heeft inzicht in het eigen functioneren, ontwikkelt zich en levert de allerbeste prestaties.
Het fasenmodel van Van Amelsvoort brengt mooi in kaart welke fasen teams doorlopen op weg naar een anders organiserend team.
De vier fasen overlappen elkaar deels. Elk team doorloopt deze fasen naar zelfsturing op een andere manier, afhankelijk van het doel dat ze nastreven. Vragen die je hierbij kan stellen:
- Hoe is de vaktechnische inzetbaarheid van de medewerkers in het team?
- Hoe sterk is het onderling vertrouwen tussen collega’s?
- Hoe sterk is het vertrouwen in de leiding?
Deze zaken zijn meebepalend voor de taakvolwassenheid van het team Naarmate het team meer ontwikkelt richting een anders organiserend team, wordt de betrokkenheid van de individuele medewerkers bij het team groter en de samenhang hechter.
Een team maakt continu ontwikkelingen door met betrekking tot het groepsgericht proces. Drie aspecten zijn hierbij belangrijk:
- Onderlinge verhoudingen en posities ten opzichte van elkaar.
- De groepsnormen en –waarden.
- Typische gedragspatronen.
De teamontwikkeling naar een zelf/ anders organiserend team is gericht naar meer onafhankelijkheid op vier dimensies: professionaliteit, zelfstandigheid, samenwerken en resultaatgericht werken. Een team beweegt zich volgens eigen ritme. Dit gebeurt onder andere door het werken met jaarplannen, gerichte ontwikkelingsactiviteiten, begeleiding en ondersteuning van het team hierin en het organiseren van teamdagen.
Het opzet is het gezamenlijk verantwoordelijk zijn voor de teamprestaties. Het team heeft een gezamenlijke missie: ’ waar willen we naar toe (doel)?’. De prestaties worden gemeten en besproken, om hier uit te kunnen leren en de werking te verbeteren.
Wat is de rol van de leidinggevende?
Afhankelijk van de snelheid waarop een team zich ontwikkelt, verandert de rol van de leidinggevende. Een startend team heeft aansturing nodig: duidelijke en heldere instructies en het gevoel van veiligheid om elkaar te leren kennen en met elkaar te delen. Hier is het team nog afhankelijk van de teamleider. In de volgende fasen zal de leidinggevende het team steeds meer moeten loslaten. Zo kan het team zich ontwikkelen naar volwassenheid. De stijl van leidinggeven is meer gericht op het proces en minder op de inhoud. De teamleider stimuleert, laat medewerkers aan het woord, creëert randvoorwaarden en geeft vertrouwen. Dit draagt bij tot talent- en teamontwikkeling.
Gerelateerde informatie